Aantekeningen |
- Van notaris Michael Das zijn stukken bewaard gebleven van 1621-1639. [Maes & Dreesen: II, p. 70; RAH BE-A0515 / 730, Notariaat Limburg. Minuten. Blok 1]. De naam van Michael Das vinden we, naast die van enige andere Breeënaren, ook terug in de notariële archieven van Rotterdam: Henrick Janss, bleycker, zoon van Jan Hubens, overleden, en Anneken Hubens, die in Bree in het land van Luyck woont, verkoopt aan zijn broer Jacob Hubens, wonende in Bree, zijn deel uit de erfenis van zijn vader en de aanspraak op het deel van moederszijde. Het betreft land en een huis in Bree. De koper betaalt 125 gulden. Tevens machtigt hij Henrick Janss, Michiel Das (over hem verderop meer) en Michiel Heuls, beiden wonende te Bree, om de verkoop verder af te handelen. [ONA Rotterdam 11 juli 1628, inv.nr. 183, aktenr/blz. 392/575, notaris Jacob Cornelisz van der Swan]. Andere Breeënaren in deze regio waren Poulus Lenertss, wonende in Rijnsaterwoude en Cornelis Willemsen, die met goedkeuring van Jehenna Jacobsdr Bormans aan haar vader Jacob Bormans van Bree alle goederen te Bree gelegen in het land van Luyck overdraagt, die haar zijn nagelaten door haar grootouders Jan Panissen en Catharina Meylants. Ook enkele leden van de familie Pots wonen in Rotterdam: 'Tomas Pots, poorter in de stad Bree int Landt van Luycke, die vroeger gekwetst was in de stad Bree door Jan Aertsz Barrevoets uit Rotterdam, is met deze verzoend. Jan Aertsz betaalt het gelag, en in de Bosche van de herberg Het goude Laecken een rijsdaalder voor de armen van Rotterdam en idem voor de armen van Bree, plus 4 rijksdaalders aan de beledigde. Wie ooit nog over de kwestie tegenover de ander begint betaalt hem 26 gulden.' [ONA Rotterdam 21 juni 1634]. Toen Hendrik de Borman in 1641 tot schout werd benoemd, werden notaris Michael Das en Frans Vaes tot schepen benoemd [Maes & Dreesen: II, p. 90]. Notaris en oud-burgemeester Michael Das behoorde in 1649 tot het eerste bestuur van de Broederschap van O.L.V. van den Rozenkrans, samen met prefect pastoor Kerremans, schout Hendrik de Borman, oud-burgemeester en stadssecretaris Frederik de Borman en schatbewaarder Joost Truijens [Maes & Dreesen: I, p. 34-35]. Das was in 1659 rentmeester van de O.L.V. Broederschap [Maes & Dreesen: I, p. 34-35].
|